
Creative Europe MEDIA heeft in opdracht van de Europese Commissie een uitgebreide studie laten uitvoeren naar de manier waarop nationale en regionale steunmaatregelen de audiovisuele sector in Europa versterken en hoe deze structuren de toegang tot het MEDIA-programma kunnen verbeteren. Het onderzoek beslaat alle deelsectoren binnen het AV-domein die MEDIA ondersteunt, van ontwikkeling en productie tot distributie, met focus op de eerste twee jaar van het programma (2021–2022).
De studie onderzoekt niet alleen de toegevoegde waarde van MEDIA op Europees niveau, maar geeft ook concrete aanbevelingen om via gerichte maatregelen meer gelijkheid te creëren tussen landen met uiteenlopende productiecapaciteit. Het doel: de deelname aan MEDIA eerlijker, breder en toekomstbestendig maken. Hiervoor zijn data geanalyseerd, interviews gehouden en een enquête afgenomen onder ontvangers van MEDIA-steun.
MEDIA 2021–2022: Groot effect, ook bij beperkte middelen
In de periode 2021–2022 werden meer dan 1400 projecten gesteund door het MEDIA-programma, waarvan 976 in zogenoemde HCC-landen (High Capacity Countries) en bijna 450 in LCC-landen (Low Capacity Countries)*. Hoewel MEDIA met circa 2% slechts een klein deel uitmaakt van de publieke AV-financiering in de EU, wordt het door professionals als een essentiële kracht binnen het Europese audiovisuele ecosysteem beschouwd.
Hoe meer nationale steun, hoe sterker deelname aan MEDIA
De studie toont een duidelijke correlatie: hoe sterker de nationale AV-financiering, hoe actiever de betrokkenheid bij MEDIA. Vooral de rol van publieke omroepen blijkt hierin cruciaal. Landen als Nederland, Duitsland, Frankrijk, België, Italië, Spanje, Oostenrijk, Zweden, Polen, Denemarken en Tsjechië beschikken over relatief sterke steunstructuren. In totaal zijn 447 nationale of regionale stimuleringsmaatregelen in kaart gebracht.
Aanbevelingen
Een van de aanbevelingen is om de indeling van landen in MEDIA-context te herzien. Ook fiscale stimuleringsmaatregelen, zoals tax incentives, blijken een effectieve hefboom te zijn en zouden volgens de onderzoekers breder moeten worden ingezet.
Geadviseerd wordtom coproducties, zeker in de Low Capacity Countries, sterker te ondersteunen. Die leveren een belangrijke bijdrage aan de stabiliteit en groei van lokale AV-markten, zeker in economisch uitdagende tijden. Meer kennisdeling, partnerschapsbevordering en individuele begeleiding kunnen hieraan bijdragen.
Tot slot vraagt het rapport aandacht voor een betere integratie van actuele thema’s als kunstmatige intelligentie (AI) en de implementatie van de Europese AVMS-richtlijn. Daarnaast zou ook de samenwerking tussen publieke omroepen sterker ondersteund moeten worden, omdat de omroepen ondanks toenemende markt- en digitaliseringsdruk, een blijvende en krachtige rol kunnen spelen in de ontwikkeling van het Europese AV-landschap.
* De indeling in HCC- en LCC-landen vind je op p. 42 van het Annual Work Programme 2025.